1. Daaruit zal de hoeksteen, daaruit zal de tentpin,daaruit zal de strijdboog,daaruit zullen alle onderdrukkers tezamen voortkomen.
  2. Zij zullen als helden zijndie in de strijd de vijanden in het slijk van de straat vertrappen.Ja, zij zullen strijden, want de HEERE zal met hen zijn.Zij zullen de ruiters beschaamd maken.
  3. Ik zal het huis van Juda versterken,en het huis van Jozef zal Ik verlossen.Ik zal hen terugbrengen, want Ik heb Mij over hen ontfermd.Zij zullen zijn alsof Ik hen niet verstoten had.Ik ben immers de HEERE, hun God:Ik zal hen verhoren!
  1. Vraag de HEERE om regen ten tijde van de late regen.De HEERE maakt de onweerswolken,en Hij zal hun regen gevenvoor ieder gewas op het veld,
  2. want de afgodsbeelden spreken bedrog,en de waarzeggers schouwen leugen;ook spreken zij van valse dromen,zij troosten met vluchtige woorden.Daarom zijn zij weggetrokken als schapen;zij worden verdrukt, want er is geen herder.
  3. Tegen de herders is Mijn toorn ontbrand,en de bokken straf Ik.Ja, de HEERE van de legermachten zal omzien naar Zijn kudde,het huis van Juda.Hij zal hen makenals Zijn prachtige paard in de strijd.
Door de copyrights van de Herziene Statenvertaling kunnen we u hier slechts enkele verzen laten zien. U kunt de verzen van de Herziene Statenvertaling wel toevoegen aan uw liturgie.