1. de bergen sprongen op als rammen,de heuvels als lammeren.
  2. Wat was er, zee, dat u vluchtte,Jordaan, dat u achteruit deinsde?
  3. Wat was er, bergen, dat u opsprong als rammen,en u, heuvels, als lammeren?
  1. Toen Israël uit Egypte trok,het huis van Jakob uit een volk met een vreemde taal,
  2. werd Juda Zijn heiligdom,Israël Zijn koninklijk bezit.
  3. De zee zag het en vluchtte,de Jordaan deinsde achteruit,
Door de copyrights van de Herziene Statenvertaling kunnen we u hier slechts enkele verzen laten zien. U kunt de verzen van de Herziene Statenvertaling wel toevoegen aan uw liturgie.