1. Wat mij betreft, is mijn klacht tot een mens gericht?Maar al zou het zo zijn, waarom zou mijn geest niet verdrietig zijn?
  2. Wend je tot mij, en wees ontzet,en leg de hand op de mond.
  3. Ja, als ik hieraan denk, word ik door schrik overmand,en huiver grijpt mijn vlees aan:
  1. Maar Job antwoordde en zei:
  2. Luister aandachtig naar mijn woorden,en laat dat jullie vertroostingen zijn.
  3. Verdraag mij, nu zal ík spreken;en nadat ik gesproken heb, kunnen jullie spotten.
Door de copyrights van de Herziene Statenvertaling kunnen we u hier slechts enkele verzen laten zien. U kunt de verzen van de Herziene Statenvertaling wel toevoegen aan uw liturgie.