Geliefden in den Heere, dewijl de Heere nu aan zijn tafel onze zielen gespijzigd heeft, zo laat ons altezamen zijn naam met dankzegging prijzen; en een iegelijk spreke in zijn hart aldus: Ps. 103.
1. Loof den HEERE, mijn ziel, en al wat binnen in mij is, Zijn heiligen naam.
2. Loof den HEERE, mijn ziel, en vergeet geen van Zijn weldaden.
3. Die al uw ongerechtigheid vergeeft; die al uw krankheden geneest;
4. Die uw leven verlost van het verderf; die u kroont met goedertierenheid en barmhartigheden.
8. Barmhartig en genadig is de HEERE, lankmoedig en groot van goedertierenheid.
9. Hij zal niet altoos twisten, noch eeuwiglijk den toorn behouden.
10. Hij doet ons niet naar onze zonden, en vergeldt ons niet naar onze ongerechtigheden.
11. Want zo hoog de hemel is boven de aarde, is Zijn goedertierenheid geweldig over degenen, die Hem vrezen.
12. Zo ver het oosten is van het westen, zo ver doet Hij onze overtredingen van ons.
13. Gelijk zich een vader ontfermt over de kinderen, ontfermt zich de HEERE over degenen, die Hem vrezen. h
Die ook Zijn eigen Zoon niet gespaard heeft, maar heeft Hem voor ons allen overgegeven, en ons alles met Hem geschonken. i Daarom, bevestigt God daarmede Zijn liefde jegens ons, dat Christus voor ons gestorven is, als wij nog zondaars waren, zo zullen wij ook veel meer door Hem behouden worden van Zijn toorn, nadat wij door Zijn bloed gerechtvaardigd zijn. Want indien wij met God verzoend zijn door den dood Zijns Zoons, toen wij nog vijanden waren, veel meer zullen wij behouden worden door Zijn leven, nadat wij met Hem verzoend zijn. j Daarom zal mijn mond en hart des Heeren lof verkondigen, van nu aan tot in der eeuwigheid. Amen. Zo spreke een iegelijk met aandachtige harten:
O, barmhartige God en Vader, wij danken U van ganser harte, dat Gij, uit grondeloze barmhartigheid, ons Uw eniggeboren Zoon tot een Middelaar en offer voor onze zonden, en tot een spijs en drank des eeuwigen levens geschonken hebt; en dat Gij ons geeft een waarachtig geloof, waardoor wij zulke Uw weldaden deelachtig worden. Gij hebt ons ook, tot sterking daarvan. door Uw lieven Zoon Jezus Christus het Heilig Avondmaal laten instellen en verordenen. Wij bidden U, o getrouwe God en Vader, dat Gij, door de werking des Heiligen Geestes, de gedachtenis van onzen Heere Jezus Christus, en de verkondiging van zijn dood, ons tot dagelijks toenemen in het rechte geloof, en in de zalige gemeenschap van Christus wilt laten gedijen, door Hem, Uw lieven Zoon Jezus Christus, in Wiens naam wij onze gebeden besluiten, gelijk Hij ons geleerd heeft, zeggende:
Onze Vader, die in de hemelen zijt;
Uw naam worde geheiligd.
Uw koninkrijk kome.
Uw wil geschiede, gelijk in den hemel, alzo ook op de aarde.
Geef ons heden ons dagelijks brood.
En vergeef ons onze schulden,
gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren.
En leid ons niet in verzoeking,
maar verlos ons van de boze.
Want Uw is het Koninkrijk
en de kracht
en de heerlijkheid,
in der eeuwigheid.
Amen.
,Getuigen van het waarachtige Licht,