De goddeloze hoort een stem:
vanbinnen spreekt het kwaad tot hem.
Gods wet is hij vergeten.
Zijn hart is met verderf gevuld.
Hij heeft geen inzicht in zijn schuld.
Hij speelt met zijn geweten.
Wanneer hij ’s nachts zijn ogen sluit
broedt hij nog slechte plannen uit.
Hij kiest verkeerde wegen.
Hij wijst verblind en arrogant
een eerlijk leven van de hand.
Hij gaat het kwaad niet tegen.
Door de copyrights van de De Nieuwe Psalmberijming kunnen we u hier niet alle verzen tonen. U kunt de verzen van de De Nieuwe Psalmberijming wel toevoegen aan uw liturgie.