1. Mijn God, bevrijd mij uit de hand van de goddeloze,uit de hand van wie onrecht bedrijft en van wie wreed is.
  2. Want U bent mijn hoop, Heere HEERE,mijn vertrouwen vanaf mijn jeugd.
  3. Op U heb ik gesteund van de moederschoot af,van de baarmoeder af bent U mijn Helper;voortdurend zal mijn lof van U zijn.
  1. Tot U, HEERE, heb ik de toevlucht genomen;laat mij niet voor eeuwig beschaamd worden.
  2. Red mij door Uw gerechtigheid en bevrijd mij,neig Uw oor tot mij en verlos mij.
  3. Wees mij tot een rots om daarin te wonen,om voortdurend daarin te gaan.U hebt bevel gegeven om mij te verlossen,want U bent mijn rots en mijn burcht!
Door de copyrights van de Herziene Statenvertaling kunnen we u hier slechts enkele verzen laten zien. U kunt de verzen van de Herziene Statenvertaling wel toevoegen aan uw liturgie.