1. ik gun mijn ogen geen slaap,mijn oogleden geen sluimer,
  2. totdat ik voor de HEERE een plaats gevonden heb,een woning voor de Machtige Jakobs!
  3. Zie, wij hebben van de ark gehoord in Efratha,hem gevonden in de velden van Jaär.
  1. HEERE, denk aan David,aan al zijn lijden,
  2. hoe hij de HEERE gezworen heeft,de Machtige Jakobs deze gelofte deed:
  3. Nee, ik ga mijn tent, mijn huis, niet binnen,ik leg mij op de rustbank, mijn bed, niet neer;
Door de copyrights van de Herziene Statenvertaling kunnen we u hier slechts enkele verzen laten zien. U kunt de verzen van de Herziene Statenvertaling wel toevoegen aan uw liturgie.