1. En Jezus, Die hun gedachten zag, zei: Waarom overweegt u verkeerde dingen in uw hart?
  2. Want wat is gemakkelijker, te zeggen: De zonden zijn u vergeven? of te zeggen: Sta op en ga lopen?
  3. Maar opdat u zult weten dat de Zoon des mensen macht heeft op de aarde zonden te vergeven (toen zei Hij tegen de verlamde): Sta op, neem uw bed op en ga naar uw huis.
  1. En nadat Hij in het schip gegaan was, voer Hij over en kwam in Zijn stad. En zie, men bracht een verlamde bij Hem, die op een bed lag.
  2. En Jezus, Die hun geloof zag, zei tegen de verlamde: Zoon, heb goede moed, uw zonden zijn u vergeven.
  3. En zie, sommigen van de schriftgeleerden zeiden bij zichzelf: Deze lastert God.
Door de copyrights van de Herziene Statenvertaling kunnen we u hier slechts enkele verzen laten zien. U kunt de verzen van de Herziene Statenvertaling wel toevoegen aan uw liturgie.