1. Deze Johannes had kleding van kameelhaar en een leren gordel om zijn middel; zijn voedsel was sprinkhanen en wilde honing.
  2. Toen liep Jeruzalem, heel Judea en heel het land rondom de Jordaan naar hem uit,
  3. en zij werden door hem gedoopt in de Jordaan, terwijl zij hun zonden beleden.
  1. In die dagen trad Johannes de Doper op en hij predikte in de woestijn van Judea,
  2. en zei: Bekeer u, want het Koninkrijk der hemelen is nabijgekomen.
  3. Want deze is het over wie gesproken werd door de profeet Jesaja toen hij zei: De stem van iemand die roept in de woestijn: Maak de weg van de Heere gereed, maak Zijn paden recht.
Door de copyrights van de Herziene Statenvertaling kunnen we u hier slechts enkele verzen laten zien. U kunt de verzen van de Herziene Statenvertaling wel toevoegen aan uw liturgie.