1. Toen die bij Jezus gekomen waren, smeekten zij Hem indringend en zeiden: Hij is het waard dat U dat voor hem doet,
  2. want hij heeft ons volk lief en heeft zelf de synagoge voor ons gebouwd.
  3. En Jezus ging met hen mee, maar toen Hij niet ver meer van het huis was, stuurde de hoofdman enkele vrienden naar Hem toe om tegen Hem te zeggen: Heere, doe geen moeite, want ik ben het niet waard dat U onder mijn dak komt.
  1. Nadat Hij al Zijn woorden beëindigd had ten aanhoren van het volk, ging Hij Kapernaüm binnen.
  2. En een dienaar van een zekere hoofdman over honderd, die hij zeer waardeerde, was ziek en lag op sterven.
  3. Toen hij over Jezus gehoord had, stuurde hij de oudsten van de Joden naar Hem toe en dezen vroegen Hem te komen en zijn dienaar gezond te maken.
Door de copyrights van de Herziene Statenvertaling kunnen we u hier slechts enkele verzen laten zien. U kunt de verzen van de Herziene Statenvertaling wel toevoegen aan uw liturgie.